Razendsnel handelen
“Op de Spoedeisende Hulp maak je in acute situaties echt het verschil”, weet Zjaccan inmiddels uit ervaring. “Ik herinner me een jongetje dat blauw aan het worden was toen hij binnenkwam. Hij had een ademstilstand als gevolg van hersenvliesontsteking. Als we niet zo razendsnel hadden gehandeld, had hij hersenschade opgelopen; nu kwam het weer helemaal goed met hem. Wat ook bijblijft zijn patiënten die met een heel lage bloedsuikerspiegel door familie binnen worden gedragen – tegen het comateuze aan. Als we dan glucose hebben toegediend, zit de patiënt binnen een paar minuten weer rechtop in bed. Een enorme opluchting, ook voor de familieleden, die je soms spontaan omhelzen. En zwangere vrouwen die net Verloskunde niet halen en bij ons bevallen – dat vinden we natuurlijk heel bijzonder.”
Te laat
Het komt helaas niet altijd goed. “West-Friezen komen vaak pas als er echt iets aan de hand is, eigenlijk dus te laat. We zien daardoor veel ernstig zieke patiënten. Een bijzondere categorie voor ons is een bloeding in de hoofdslagader. Je moet zo’n patiënt zo snel mogelijk op de operatiekamer krijgen, maar het is zo acuut dat hij of zij ook elk moment onder je handen kan overlijden. Heel spannend. En soms ben je veertig minuten met een reanimatie bezig geweest, maar moet je het toch opgeven met elkaar. Dat zijn natuurlijk heftige dingen. Gelukkig hebben we een geweldig team. Als collega’s begrijp je de impact van het werk, die je soms moeilijk kunt uitleggen aan je naasten. Met een soort zwarte humor slaan we ons er doorheen. We zien elkaar ook buiten werktijd, zonder dat er sprake is van groepjesvorming: voor feestjes wordt iedereen uitgenodigd.”
Alsof het je eigen vader is
Door het grote verloop leren Zjaccan en haar collega’s hun patiënten niet zo goed kennen als bijvoorbeeld op een verpleegafdeling. “Een voordeel is dat je niet te emotioneel betrokken raakt en meer objectief kunt zien wat er moet gebeuren. Tegelijk is mijn stelregel dat ik voor de patiënten wil zorgen alsof het mijn eigen vader of moeder, opa of oma is. Voor hen is de situatie altijd onverwacht en dus heel spannend. Je kunt hen helpen door duidelijk te vertellen wat er allemaal gaat gebeuren en hoe lang het gaat duren, door iedere uitslag die je hebt meteen met hen te bespreken en als de arts weer weg is nog overgebleven vragen te beantwoorden.”
Een bijzondere ‘service’ is dat Zjaccan en een collega toeristen die binnenkomen naderhand bijstaan. “Zij worden door hun reisorganisatie soms echt in de steek gelaten en moeten zelf maar zien hoe ze weer thuiskomen. Ik heb veel gereisd en spreek meerdere talen, wat goed van pas komt om deze mensen praktisch verder te helpen. Bijvoorbeeld door een hotel voor hen te regelen waar ze met een rolstoel kunnen komen of contact op te nemen met hun reisorganisatie.”
Kleine attenties
Zjaccan is blij met het Dijklander Ziekenhuis als werkgever. “We worden bijvoorbeeld actief betrokken bij verbeterprojecten. Daarbij word je gehoord en serieus genomen als je problemen aankaart, zelfs als ze niet altijd meteen opgelost kunnen worden. Verder zit het hem in de kleine dingen, waardoor je je als personeel gewaardeerd voelt. Een ijsje als het heel warm is, op hectische dagen eten kunnen bestellen, de activiteiten die er rond Kerst worden georganiseerd... Het zijn kleine attenties, maar waardering doet een heleboel.”