Ook IC-verpleegkundige worden? Bekijk de vacature!
Interactie
Ruurdtsje groeide op in Friesland en volgde daar de opleiding hbo-v. De liefde bracht haar naar Noord-Holland. “De verpleging past echt bij mij: het zorgzame, de interactie met de patiënt … Of mensen nu een dag of een paar weken bij ons op de afdeling liggen, je bent er gauw genoeg achter hoe je ze kunt helpen en wat ze wel en niet willen.”
Patiënten vertellen vaak bijzondere verhalen over hun familie of over hun geschiedenis. “Bijvoorbeeld een mevrouw van in de negentig die vertelde over de oorlog; het is soms best indrukwekkend wat iemand in zijn of haar leven allemaal heeft meegemaakt. Je kunt iets voor de mensen betekenen door een luisterend oor te bieden, zeker als ze geen partner meer hebben of geen familie in de buurt. Sommige patiënten leer je op die manier heel goed kennen.”
Wat is er gebeurd?
Steeds opnieuw merkt Ruurdtsje hoe belangrijk het is om patiënten en ook de naaste familie veel informatie te geven. “Wat er is gebeurd, waarom ze hier liggen, welke medicijnen ze krijgen, wat je gaat doen. Ook als patiënten in slaap worden gehouden en dus niet kunnen reageren, praat ik tegen ze. Dan zeg ik dingen als: ‘Ik ben Ruurdtsje, ik zorg vandaag voor u. Ik zal u even op uw zij draaien, of: ik ga u straks even wassen…’ Achteraf weten ze dat meestal niet meer, maar onbewust krijgen mensen toch veel mee van hun verblijf.”
Nazorgpoli
Voor mensen die langer dan drie dagen op de IC hebben gelegen is er een speciale nazorgpoli. “De patiënt komt dan naderhand, vaak met een familielid, nog eens terug om vragen te stellen en feedback te geven. Ook kunnen ze nog eens over de afdeling lopen om te zien waar ze hebben gelegen en de omgeving in zich op te nemen. Soms herinneren ze zich heel weinig van wat er is gebeurd en bespreken we het hele verloop nog eens met hen. Zo kunnen ze het gebeurde een plekje geven en het er later ook met familie over hebben.”
Laatste levensfase
Speciale aandacht is er voor patiënten die in de laatste levensfase zijn beland. “Voor mensen die naar huis willen en kunnen om te overlijden hebben we een End of life care-traject. In samenspraak met de arts, de familie, de huisarts en de thuiszorg regelen we wat daarvoor nodig is. In andere gevallen zijn mensen al zo ziek of zwak dat ze niet meer overgeplaatst kunnen worden en dus in het ziekenhuis zullen sterven. Dan hebben we, in overleg met de familie, extra aandacht voor welke wensen zij nog hebben, bijvoorbeeld iets dat ze graag nog eens willen eten of drinken.”
Weinig hiërarchie
Ruurdtsje is blij met het team waarin ze werkt. “We kunnen goed met elkaar praten en ook lol met elkaar hebben. Als het erg druk is, proberen we elkaar te helpen en te ondersteunen. Met de artsen hebben we een laagdrempelig contact. Zij hebben een open kantoor aan het begin van de afdeling, waar je altijd even met een vraag kunt binnenlopen. Er is weinig hiërarchie en dat is prettig werken.”